16 november 2010

‘Eindhovenaren moeten hun stad verkopen’

Volgens Berenschot is het van belang nadrukkelijk te kiezen voor een specifieke doelgroep. Die wordt omschreven als: ‘bedrijven, kenniswerkers, studenten en zakelijke bezoekers die de technologi­sche, kennisgedreven en creatieve innovatiekracht van de regio het meest versterken’.

Bij de gemeenteraadsleden in de commissie was sprake van begripsverwarring. In het rapport en door verantwoordelijk wethouder Joost Helms wordt gesproken over de ‘primaire doelgroep’. En dat zijn dan dus niet de inwoners, maar juist de internationale kenniswerkers, studenten en de zakelijke bezoekers. Dat voelde bij een deel van de politiek niet goed. Ook niet nadat duidelijk was geworden dat citymarketing geen gevolgen heeft voor evenementen en festiviteiten die primair voor de stad zelf worden gehouden.

Helms greep dus maar weer eens terug naar zijn vorige leven als restauranteigenaar. „Mijn personeel was mijn goud. Dat moest namelijk mijn product verkopen. En dus verwende ik ze. Maar mijn pri­maire doelgroep; dat waren de klanten.” Waarop het PvdA-commissielid Yasin Torunoglu zei dat in dit geval het personeel de menukaart niet kent. „Eindhovenaren kennen het product Eindhoven dat ze moeten verkopen nog niet.” Volgens Torunoglu zijn er bijvoorbeeld nog genoeg Eindhovenaren die grote, bij het gewenste citymarketingbeeld van Eindhoven passende evenementen als Glow en de Dutch Design Week niet eens kennen.

Helms was dat wel eens met Torunoglu. Daarom is het volgens hem ook heel belangrijk dat Eindhovenaren de citymarketingbenadering kennen en onderschrijven. Hij wees er op dat de manier waarop dit moet gebeuren moet worden uitgewerkt door een ‘kwartier­maker’. Met het goedkeuren van het plan keurt de politiek ook zijn of haar aanstelling (150.000 euro) goed. Uiteindelijk bleek daar brede steun voor.

Corrie de Leeuw