29 mei 2013

Wethouder krijgt steun in aanpak problemen Parktheater

17 september 2008
Dat is de belangrijkste uitkomst van het raadsdebat gisterenavond. Eindhoven en haar inwoners verdienen een goede stadsschouwburg, met ruimte voor een divers en aantrekkelijk cultureel aanbod. De huidige directie en het personeel verdienen lof voor de manier waarop zij nieuw elan proberen te geven aan het Eindhovense Parktheater. Het Parktheater heeft grote financiële tekorten. Met beperkte tekorten was, na de verbouwing, rekening gehouden. Nadat de wethouder een compleet beeld hiervan had heeft zij in de rol van aandeelhouder adequaat opgetreden door geen décharge te verlenen voor de jaarrekening uit 2006 en een onafhankelijk  onderzoek te laten instellen naar de oorzaken ervan, met de bedoeling er lessen uit te trekken.

En dat onderzoek liegt er niet om. De huidige slechte financiële situatie hangt rechtstreeks samen met hogere kosten na de verbouwing en tegenvallende inkomsten. Een zware verantwoordelijkheid wordt gelegd bij toenmalige directie en Raad van Commissarissen, die kosten lieten oplopen zonder afdoende maatregelen te treffen. Vaststaat dat de gemeente herhaaldelijk duidelijk heeft gemaakt dat zij niet automatisch zou bijlappen. De gemeente stond, gegeven de governancestructuur waartoe de gemeenteraad in 1993 zelf had besloten, op afstand en kon in haar rol als aandeelhouder slechts beperkt en achteraf ingrijpen. De gemeente heeft haar rol als subsidiënt weliswaar formeel juist vervuld, maar feitelijk onvoldoende de vinger aan de pols gehouden. En ook de gemeenteraad ontkomt er niet aan. Definitieve besluitvorming in 2003 (wie had er toen bestuursverantwoordelijkheid ?) geschiedde op basis van een rommelig dossier, op basis van gedateerde cijfers (uit 2001, zelfs nog in guldens) en met een aantal losse eindjes, waaronder een boterzachte onderbouwing van de exploitatielasten. Toch ging de raad accoord, er was haast geboden en de toenmalig wethouder Van der Grinten werd, op het moment dat hij nog het een en ander wilde onderzoeken,  door de VVD letterlijk een gebrek aan bestuurlijke daadkracht en visie verweten. Door diverse fracties werden twijfels weggehoond. Het college komt nu met een pakket aan verbeteringsvoorstellen. Daarvoor was brede steun in de raad. Nog voor het einde van het jaar moet duidelijk worden hoe de financiële positie van het Parktheater is en hoe de toekomstige ontwikkelingen zijn.

Hiermee had het debat afgesloten kunnen worden. Een aantal oppositiepartijen (VVD, Leefbaar, OAE) probeerde op een doorzichtige manier van deze hoofdzaak een bijzaak te maken door alle nadruk te leggen op de manier waarop de wethouder over een aantal zaken met de raad had gecommuniceerd. Ook onze fractie had daarover een aantal vragen gesteld. Na beantwoording door de wethouder bleef ook bij ons een gevoel hangen dat het soms wel wat sneller of actiever had gekund, maar dat het zeker niet bewust en onvolledig is geweest. Bij het indienen van de motie van wantrouwen tegen wethouder Mittendorff haalde de VVD er allerlei zaken uit andere dossiers bij om de motie te onderbouwen. De Partij van de Arbeid vond deze motie van wantrouwen buiten alle proporties.Het communicatieaspect staat in geen enkele verhouding met de hoofdzaak in dit dossier. Juist deze wethouder is begonnen met het ruimen van puin, veroorzaakt door anderen. Het getuigt van politieke kortzichtigheid en opportunisme dat juist de fracties die destijds geen oog hadden voor de financiële zwakheden in het dossier maar snelheid wilden maken, daar nu met geen woord hierover repten en dat juist zij nu een motie van wantrouwen indienen. Het kan volgens de fractie van de Partij van de Arbeid niet zo zijn dat deze wethouder, in dit dossier, op dit ondergeschikte onderdeel het vertrouwen zou verliezen en daarmee verantwoordelijk zou worden gesteld voor de rotzooi, veroorzaakt door anderen!
Een meerderheid van PvdA, SP, CDA, CU, LPF en D66 dacht er ook zo over.

Gaby van den Biggelaar
Fractievoorzitter PvdA